Hoe herkennen we hoog voedingsrijk voedsel.
Land- en tuinbouw van hoge Brixwaarde.
Interview van Rex Harrill door Suze Fisher.
Uit: Wise Traditions in Food, Farming and the Healing Arts.
Volume 5 Nr. 4 Winter 2004
Vertaling Rob Hundscheidt.
Rex Harrill uit Keedysville in Maryland is het grootste deel van de laatste 30 jaar in de land- en tuinbouw werkzaam geweest.
17 jaar geleden verhuisde hij naar een boerderij van ca. 64 ha. en begon daar opnieuw het land te bewerken en aan te planten.
In de eerste jaren hadden zijn groenten maar weinig smaak en zaten vol met luizen, kevers, rupsen en ander ongedierte, ondanks dat hij in zijn vorige tuin altijd prima oogsten had zonder te weten waarom. Later is hem duidelijk geworden dat hij zijn vorige boerderij een tuin geĂŤrfd had die bijzonder vruchtbaar was. Maar na twee jaar, waar in hij bittere raapjes en radijsjes in zijn tuin had, zocht hij naar oplossingen. Zo vond hij een boek met de titel: “The Anatomy of Life & Energy in Agriculture”. (“De Anatomie van Energie & Leven in de Landbouw”), van Dr. Arden Andersen. Tenslotte vond hij wat hij eigenlijk nodig had, een programma om een vruchtbare bodem te ontwikkelen die dan jarenlang een zeer voedingsrijke oogst voortbracht die uit zichzelf zeer veel weerstand heeft tegen ziektes en insecten. Rex leerde ook van Dr. Andersen dat het Brixwnivo in directe relatie stond met de voedingsdichtheid van het voedsel – – en dat de Brixmethode een waardevolle graadmeter was voor de voedingswaarde van zijn oogst was. Van dit tijdstip af aan volgde Rex deze Hoog-Brix aanbouwmethode die sterk beĂŻnvloed werden door werken als van Dr. Arden Andersen, Dr. Albrechts, Carey Reams, en Dr. Dan Skow.
Suze: Rex, kun je uitleggen wat Brix is? Die meeste mensen die ik over Brix bevroeg menen dat dit alleen maar een meting is voor het suikergehalte van een plant. Is dat zo ?
Rex: Ik heb veel ontdekt dat deze “alleen maar suiker- opvatting” verdrijft. De meeste mensen begrijpen snel dat suiker niet datgene is dat de sinasappelsap goed laat smaken. De meeste mensen zeggen daar over dat de extra er aan toegevoegde suiker het sap alleen maar slechter laat smaken. En dat is zekerlijk ook zo. Het probleem is zo dat dit toevoegen van extra suiker de apparente “Brix” stijgen laat, maar dat dit niets voor de smaak doet. De ware Brixwaarde is een combinatie van suiker, aminozuren, oliĂŤn, proteĂŻnes, flavonoiden, mineralen en andere stoffen. Suiker is hoofdzakelijk een van de vele componenten van Brix. Dit zelfde geldt ook voor iedere ander willekeurige soort van vers sap.
Het is interessant, dat dit bovenstaande niet geldt voor de kunstmatige sappen die meestal uit chemicaliĂŤn, suiker en water zijn vervaardigd. De meeste daar van smaken maar een beetje beter als men gewone suiker er bij doet.
Suze: En met “vers sap” bedoel je dus het sap van iedere willekeurige plant?
Rex: Met vers sap wordt eigenlijk de “vloeistof” bedoeld die uit fruit geperst wordt. Let daarbij echter goed op, omdat veel sinaasappel-, appel- en ander fruitsap uit een concentraat vervaardigd wordt, en deze vervaardiging kan tot verkeerde resultaten leiden. Als je bijvoorbeeld twee delen water zou gebruiken (in plaats van de aanbevolen drie) als je een sinasappelsapconcentraat zou gebruiken, dan zou je een hoge Brixwaarde als uitkomst krijgen, maar geen werkelijke echte waarde.
Veel mensen zijn zich er niet bewust van dat de drank of nectar die ze uit een kartonnen verpakking in de supermarkt kopen van te voor in een geconcentreerde vorm was, zodat dit van uit een ander land goedkoop hierheen getransporteerd kon worden. Als de firma die het “sap” weer daar uit reconstrueert te veel water daar bij doet, dan krijg je er een hogere Brixwaarde van, als die echter te weinig water er bij doet, dan krijg je er een lagere Brixwaarde, geen daarvan is echter de echte Brixwaarde. Als je 100% zeker wilt zijn, dan is het beter het woord “echt fruit of plantensap” te gebruiken voor Brixtesten. Dit sap is het vocht dat afkomstig is uit bladeren, uit fruit, of uit wortels, en dat uit een levende plant geperst werd.
Suze: Hoe kan men de Brixwaarde meten?
Rex: Daar voor heeft men een refractometer nodig. De consument die een Brixtest uitvoeren wil, heeft dan enkele druppels sap uit de plant die hij wilt eten nodig. Met ander woorden: Men moet een klein stukje meloen, sinasappel, appel of zo tussen de vingers uitpersen en het sap op het prisma van de refractometer laten druppelen. Voor hardere producten zoals kool, wortels, kropsla en peren benodigt men veelal een knoflookpers om er sap uit te verkrijgen.
Als de druppels nu op het prisma gevallen zijn, dan dekt men dit af met het deksel om ze goed te kunnen verdelen, en dan leest u de waarde af op de scala van het instrument die in het algemeen verdeeld is in 0 â 32 graden Brix.
Net zoals een potlood er gebogen uitziet als die in een glas water staat, zo valt het licht door het plantensap heen en wordt zo gebogen dat een duidelijke lijn zichtbaar is op de achtergrond. De hoeveelheid van de buiging staat direct in verband met de voedingsdichtheid van de plant (voedingsrijk sap buigt het licht meer). Vele eeuwen lang wijnmaken en het werken met ander fruit en groenten, hebben steeds een directe verband tussen hogere Brixwaardes en een hogere kwaliteit uitgewezen.
Deze hogere kwaliteit wijst zich uit in een superieure smaak. Dit proces is iets anders voor de tuinier of boer zo dat u het blad of de plant veel eerder kunt testen, en dat u daarom de mogelijkheid heeft om bodemgebreken te corrigeren voor dat de oogst uitgegroeid is.
De tuinier of boer heeft ook het verdere voordeel dat die snel vast kunnen stellen dat enigerlei willekeurige oogst van een Brixwaarde van 12 of meer, niet door insecten bevallen wordt.
Suze: Volgens onze website (http://www.biostim.com.au/pdf/Bbook.pdf) was het Carey Reams, die de reactieve index van oogstsappen het eerst ontwikkelde – – een tabel die aanduidt dat iets van de waarde “arm”, “gemiddeld” of “goed” of “uitstekend” is, dit op basis van zijn Brix-waarde. Wie was Reams en wat was zijn bijdrage aan de landbouw met hoge Brix-waarde ?
Rex: Dr. Carey A. Reams kwam uit Florida en had van 1931 tot 1968 een vrij groot agricultureel bedrijf en laboratorium in het gebied van Orlando. Toen hij zich “pensioneren” liet, deed hij dat alleen maar zo om zijn onderzoek en reizen door het land voort te kunnen zetten, waar hij seminaries en lezingen hield. Reams ontdekte dat er grote verschillen waren in de minerale opbouw van fruit en groenten – – afhankelijk van hoe ze groeiden en waar ze groeiden. Er sloten zich veel boeren bij Reams aan omdat zijn methodes om oogst te producren van veel betere superieure kwaliteit waren. Vele jarenlang gebruikten citrus- en druivenkwekers de Brix-meting om de kwaliteit van hun producten te meten. Reams nam deze kennis over en stelde een Brix- kaart op, die over de meest algemeen voorkomende fruitsoorten, groenten en veevoer verliep. Enige tijd kort na het stichten van Acres USA, merkte Reams op dat terwijl de bijdragers aan de geschriften en de lezers over hogere kwaliteitsproducties spraken, er nog geen een was die dit proces in kaart had gebracht.
Op een dag liep Reams in de drukkerij binnen en overhandigde hun daar een kopie van zijn Brix-tabel. Dit werkte zich uit over het hele gebied van de agricultuur.
Suze: Ik begrijp dat Reams veel energie in de biologische landbouwmethode stak. Kun je uitleggen wat dit inhield ?
Rex: De aard en het karakter van de landbouwmethode volgens Reams, is dat hij een manier ontwierp om de energie te berekenen die vrijkomt als de vele bemestingsstoffen hun weg naar het evenwicht zoeken. Zo gaf Reams bijvoorbeeld nooit aan dat zijn klanten gewoon maar zo of zoveel kiloâs of ton ammoniumsulfaat per are land zouden moeten gebruiken. Reams onderwees zijn studenten hoe de energie te calculeren die zou worden aangegeven door een enkele ammoniummolecuul en dan precies vast te stellen hoeveel kilo van deze of een andere bemestingsstof aan te wenden.
Bij het conventionele gebruik van landbouwbemestingsstoffen wordt daar veelal een overmaat van verspild, en die tenslotte uit de grond verdwijnen via het grondwater, terwijl een te kort er van een karige oogst oplevert. De Reams landbouwbewerkingsmethode schept niet alleen een hogere opbrengst maar is ook economischer omdat enigerlei aangewende bemestingstof die door de planten gebruikt nodig is, niet verloren gaat. Dr. Dan Skow, is waarschijnlijk de best bekende leraar die op dit moment dit hoog nodig wetenschappelijk aspect van de landbouw door het hele land heen uitlegt aan vele studenten.
Voor mij is de Brix-methode een meetmethode van energie. Een hoog-Brix-houdende plant heeft een groter energetische elektromagnetisch spectrum dan een zelfde plant met een lage-Brix waarde.
Insecten “zien” dit spectrum, en zij “vallen die planten aan” met de zwakste uitstraling. Als de kweker tenslotte begrijpt dat alle gesprekken en uitdrukkingen over hoe gezonde planten “weerstand” hebben tegen insecten, een feite een andere manier is van te zeggen dat in de eerste plaats de sterkste planten niet door insecten worden aangevallen, en dat men zo op weg is om de landbouwmethode van Reams te begrijpen.
Een refractometer is voor ons overwegend een manier om bij benadering datgene te zien wat insecten met hun ogen zien.
Suze: Hoe kwam je terecht in de biologisch vriendelijke aanbouw.
Rex: Het begon met een raapje. Ik groeide op een boerderij op en genoot altijd van de zoete raapjes, maar ik had er geen idee van dat er slechte-, goede-, en uitstekende raapjes waren. In 1987 moest ik verhuizen en jarenlang weg van mijn verrukkelijke raapjesvriendelijke tuin en ik moest een nieuwe tuin beginnen op de nieuwe plaats waar ik woon. De eerste raapjes die ik er liet groeien smaakten verschrikkelijk. En niet alleen smaakten ze verschrikkelijk, maar ze werden ook door allerlei soorten insecten bevallen, zoals ook insectensoorten die ik nooit van te voren had gezien. Dit was voordat het Internet er aan kwam, maar ik begon te onderzoeken en vond een klein boek van Dr. Arden Andersen waarvan ik een bassistabel van de Brixwaardes verkreeg, en wat deze betekenden met betrekking tot de verschillende oogsten. Omdat men voor het meten van de Brixwaardes een refractometer benodigd, ging ik naar een bevriende wijnmaker en hij vertelde me waar ik er een kon krijgen.
Op de dag dat het instrument er aan kwam was ik wat nerveus. Ik trok een van die door insecten bevallen raapjes uit de grond en nam die mee naar de keuken. Op de 3.5 Brixscala was meteen te zien wat ik weten moest.
Enkele dagen later maakte ik de ronde langs de markten van de plaatselijke boeren en kocht daar van iedere boer enkele raapjes. Toen ik thuis kwam duurde het niet lang om er achter te komen dat de zoete raapjes die ik zo graag had, een waarde hadden van 8-9 Brix of zelfs hoger. Sindsdien heb ik geen last meer gehad van dit soort door insecten en slecht smakende raapjes. Het punt is dat als je tenslotte je grond zo goed hebt om raapjes van hogere Brixwaardes te kweken dat dan de insecten er dan niet aan geĂŻnteresseerd blijken te zijn.
Suze: Volg je zelf de biologische landbouwmethode van Reams ?
Rex: Dat doe ik zekerlijk. Dr. Andersen is een volgeling van de Reams-methode net zoals ik. Het Reamsprogramma leidt tot uitstekende fruit- en groentekwaliteit, terwijl het tevens een interessante hoge oogst oplevert. Ik kan me simpelweg niet voorstellen om producten op een andere manier te kweken. Het Reamsprogramma zoals dit door Andersen wordt uitgevoerd maakt een duidelijke weg vrij naar grotere hoeveelheden voedsel van hogere kwaliteit, zowel voor mens als dier.
Suze: Kun je uitleggen wat de Reams-Methode is, en wat die voortbrengt?
Rex: Vele jaren geleden ontmoette ik Jay McCaman, een consultant uit het midden-Westen, met deze zelfde vraag. Tegenwoordig komen mensen naar me toe voor een vereenvoudigde verklaringen van de Reams-methode om de grond te bewerken. Omdat ik 15 jaar lang er mee bezig ben geweest om zelfs maar enkele van de fundamentele beginselen te beheersen, voel ik me jammer genoeg inadequaat om op deze vraag een behoorlijk en kort antwoord van “25 woorden of minder” te kunnen geven. Alhoewel is het zo dat ik zo lang als mogelijk een Reamsbelofte voorop wil stellen: hogere Brixwaardes met hogere kwaliteit.
Alhoewel Reams de landbouw geheel als een energetisch proces zag, vereiste het basisprogramma van hem dat oogstland de volgende wateroplosbare beschikbare minerale elementen per acre (4047 m²) als uitgangspunt zou moeten hebben. Deze zijn er voor als je echt zoekt naar hogere kwaliteitswaardes en een zeer hoge opbrengst.
1800 kilo calcium
180 kilo magnesium
180 kilo fosfaat
90 kilo kalium
18 kilo stikstof nitraat (///Engels: nitrate nitrogen)
18 kilo stikstof ammonium (///Engels: ammonium nitrogen)
Het beste systeem dat hij vond voor betrokken boeren was door een grote hoeveelheid hoog-calciumhoudende kalk er aan toe te voegen, fosfaat uit zachte steen, en kippemest.
De lezer moet begrijpen dat alhoewel er ook overbenadrukking in zit, dat deze formule niet dezelfde is als de kwaliteitsverbeteringsmethodes die door professor Albrecht worden aanbevolen, en die overwegend de calcium, magnesium, fosfaat, kalium, etc-hoeveelheid in een bepaalde verhouding van “Kationen Uitwisselings Capaciteit” aangeeft – – (Engels: CEC).
Suze: Wat maakt de mineralen beschikbaar en opneembaar voor de plant?
Rex: Dat zijn vele factoren. Allereerst de fijnheid of diameter van de minerale supplementen die er aan toegevoegd worden. Zo zijn grotere kalksteenbrokken onopneembaar, terwijl dezelfde brok in verpulverde vorm wel opneembaar is.
In de oude tijden bouwden de boeren kalkovens om de grote brokken te branden tot ze poeder werden. Tegenwoordig wordt dit verpulveringswerk door machines gedaan.
Een ander sleutelfactor die de mineralen beschikbaar maken zijn micro-organismes in de grond. Deze zijn de factor die de mineralen beschikbaar maken voor de grond. Planten kunnen maar enkele mineralen op directe wijze assimileren.
Ondergeploegde bodembedekkers, compost, melasse, andere organische stoffen, of zelfs rauwe kool die ondergewerkt wordt, zal alles het microbiĂŤle leven in de grond bevorderen. Het is zo zoals Professor Albrecht altijd weer zei: “De microben feesten het eerst aan de tafel”. Dr. Reams gaf de raad, dat men na het onderploegen van voedsel voor de microben minstens nog 2 weken moet wachten om te zaaien. De pH van de grond heeft ook veel te maken met de minerale opneembaarheid. Vele mineralen zijn alleen maar binnen een klein spectrum van de pH opneembaar, welke voor de meeste planten rond de 6,4 ligt. De Brixwaarde van de plant is ook belangrijk. Laag-Brixhoudende planten kunnen niet de sterke extractievloeistoffen ontwikkelen of aanmaken om mineralen uit de grond te trekken.
Als een plant volwassen wordt, dan heeft die meer en meer bodemenergie nodig om voedingsstoffen uit de grond te trekken. Reams benadrukte voortdurend het feit dat terwijl een klein kiemplantje maar minimale dagelijkse voedingsstoffen uit de grond benodigd, terwijl dit voor een volwassen plant een heel ander verhaal is. Hij onderwees dat als een plant een hoge kwaliteits-oogst zou moeten hebben, dat er adequate bodemenergie beschikbaar moet zijn (die wordt “ERGS” genoemd, (= Energy Realeased per Gram per Second – – Vertaling: De energie die per gram per seconde vrijkomt) die beschikbaar is om de hoge kwaliteitsoogst te laten inzetten en dan te laten ontwikkelen “ERGS” is overwegend een maat voor de ionische conductiviteit oftewel geleiding van de bodem die uitgedrukt wordt als microSiemens en die direct gemeten wordt met een gewone conductiviteitsmeter.
Het punt is dat alleen gezonde bodems waar in het wemelt van bacterieel leven en volledige minerale beschikbaarheid zich op peil kunnen houden, omdat de plantenwortels het meest vragen.
Dit is het punt waar bladvoeding in het spel komt. De meeste boeren die naar de Reams-methode overstappen, melden in de eerste paar jaar dat ze oftewel de Brix niet tot de gewenste hoge kwaliteitsnivoâs kunnen laten stijgen, of als ze dat wel hebben klaargespeeld, melden ze dat het te moeilijk is om het Brixwaardenivo hoog te houden. Voor de meeste mensen dient bladvoeding als een steun tot ze hun bodem tip top in orde hebben. Enkele, vooral diegenen die kweken in gebieden zoals het zand van Florida, moeten voor altijd berusten op vrij veel bladvoeding omdat hun zandige grond simpelweg niet de volledige hoeveelheid vereiste mineralen kan vasthouden. Het is belangrijk om hier te zeggen, dat bladvoeding zowel als algeheel tonicum wordt beschouwd voor gebruik door de beginneling, en als zeer speciaal mengsel voor het gebruik van de expert, die bepaalde plant- of bodemgebreken wil compenseren.
Reams hield aan dat zijn studenten zich de “natte” chemische testmethodes moesten leren, zodat ze die konden uitvoeren indien nodig. Zo legde hij bijvoorbeeld uit dat als de boer niet zeker er van was dat hij de 36 pond nitraat en de 36 pond ammonium in de bodem had die op ieder moment door de plant vereist werden, dat de boer een grote kans had, op een karige oogst. Hij zei ook duizenden malen dat het voor de plant niet er toe deed of de benodigde stikstof of ander substanties uit “biologische”afkomst kwam of uit chemische, zoals calciumnitraat. Zijn redenering was eenvoudig: Als de toegepaste bemestingsstof de Brixwaarde liet stijgen, dan was dat de stof die de plant nodig had. Van de andere kant was het zo dat als de Brixwaarde hetzelfde bleef of daalde, dat het materiaal oftewel niet nodig was, of dat het verslechterend werkte, of in een vorm was die de plant niet kon gebruiken.
Dit systeem werkt en werkt zeer goed. Reams kon altijd vlug de toekomstige oogst inschatten, op welk gewenste kwaliteitsnivo dan maar ook, en hij deed dit meestal door te weten hoeveel beschikbaar fosfaat in de bodem aanwezig was.
Bob Pike, een protĂŠgee van Reams ontwikkelde later een systeem dat goede elektronische meters ontwikkelde die veel vlugger werkten dan de originele vloeistoffenanalyse. In feite evalueert Pikeâs systeem allereerst het Brixsysteem van de plant en als dit niet hoog genoeg zou zijn, dan wordt eerst de pH en dan de conductiviteit van het levenssap van het de plant gemeten. Vervolgens kan de boer door middel van een schema dat ontwikkeld werd door Bruce Tainio, een onderzoeker uit de West-kust en consultant, een bladvoeding programmeren die zal helpen om de oogst terug op het goede pad te krijgen in de richting van de hoogste Brixwaardes en de hoogste opbrengst.
Men kan daar natuurlijk nog meer op zeggen. Zo stelde Pike bijvoorbeeld vast dat hij de ERGS van de bodem moest vaststellen, zowel vóór het planten en gedurende de groeifases. Zijn methode vereist ook dat de bodem-pH moet worden afgestemd op het optimale 6,4 nivo (door vrijwel alle consultanten als de beste beschouwd), tenslotte leerde Pike dat de nemesis van oude boeren van harde ondergrond niet zal optreden als de boer zijn calcium en magnesium van zijn grond in het juiste evenwicht houdt. Dit kan in elk seizoen makkelijk worden vastgesteld via meetapparatuur die in de bodem wordt ingebracht. Dus, de Pike-methodes die ik volg en beschouw als zijnde volgens de Reams-vereisten voor hoge algehele Brixwaardes, zijn als volgt:
- Voer in de herfst een evaluatie uit in de stijl van Albrecht en voeg indien nodig de compensatiestoffen daar aan bij.
- Doe dit samen met de aanwending van een breed spectrum sporenelementen.
- Zaai een bodembedekker zoals de rogge als gras of compost voor je tuin thuis, om de grond te beschermen en de organische stoffen op te bouwen.
- Stel de ERGS van de bodem vast en stem deze juist af voor het planten en tijdens de groei van de oogst.
- Controleer de pH van de bodem en stem deze juist af voor het planten van de oogst en tijdens de groei daar van.
- Stel de Brixwaardes, de pH en de conductiviteit van de opgroeiende oogst vast, zodat men het juiste bladvoedsel kan aanwenden als de Brixwaardes niet in het gewenste spectrum blijft.
Het is belangrijk dat ik door bittere ervaring geleerd heb dat als ik en duizend anderen consultanten berekenen dat de plant precies dit of dat als bladvoeding nodig heeft, maar dan de Brixwaarde toch niet stijgt, dat we dan allemaal er naast zaten. Klaarblijkelijk waren onze calculaties dan allemaal op niets uitgelopen omdat we op dat punt tenminste een bladvoedingscombinatie hadden die verkeerd was. Er is geen duidelijker geval van dat het “Bewijs niets waard is” dan de situatie waar in iemand enorm hard werkt om precies de juiste bladspray vast te stellen, en dat de plant zachtjes d.m.v. het niet stijgen van de Brixwaardes zegt:” Sorry, maar dit is niet het juiste middel.” En, zoals in alle wetenschap is dit het punt waar men moet terugkomen van zijn kunsten. De ervaren consultant gaat naar andere middelen van zijn soort zoeken, en legt tenslotte de link die de Brixwaardes omhoog brengt tot op het punt waar die zouden moeten liggen.
Suze: Onderzoek je de voedingswaarde van de oogst naast de methode via de Brixwaarde ook met andere methodes ?
Rex: Toen ik eens meester was over het Brixconcept, had ik nog maar weinig reden om me druk te maken over dure chemische analyses. Alhoewel ik vermoed dat er sommige goede chemische analyses zijn die hier en daar worden uitgevoerd, maakt het concept van Hogere-Brixwaarde = Hogere-Kwaltiteit de meeste analyse overbodig.
Suze: Kun je ons meer vertellen over Dr. Andersen ? Heeft Dr. Andersen de Reams-methode veranderd ?
Rex: Arden Andersen verkreeg een doktorstitel in de plantenfysiologie. Het was net als Dr. Reams zijn bedoeling om de landbouw revolutionair te helpen verbeteren door de boeren te laten zien hoe ze superieure kwaliteit oogst konden krijgen. Toen Dr. Andersen zich realiseerde dat de medische sector die zich baseert op chemische geneesmiddelen niet geloofde dat het voedsel dat ze aten van hoge kwaliteit moest zijn om een goede gezondheid te kunnen verkrijgen en te behouden, ging hij terug naar school, en werd doktor in de osteopathie. Hij dacht dat men misschien naar zijn boodschap luisterde als hij zowel praktiseerde in de medicijnen als tegelijkertijd ook consulteerde op het gebied van landbouw. Dr. Andersen was een aanhanger van de Reamsmethode zoals die door hem het eerst werd uitgeroepen.
Ik amuseer me als ik hoor dat iemand de Reams-methode veranderd heeft. Dat kan simpelweg niemand, omdat de fundamentele boodschap dat hogere Brixwaardes gelijk staan aan hogere kwaliteit altijd centraal staat. Het is echter sportief om wel te zien dat alhoewel verschillende praktionerenden verschillende methodes gebruiken, dat ze allemaal er naar streven dat ze een hogere Brixwaarde verkrijgen. Zo volg ik bijvoorbeeld de methode van Pike met het gebruik van elektronische meters voor de evaluatie van bodem en planten, in plaats van de door Andersen voorkeur aan gegeven kliederige natte chemische methode. Het doel en resultaat is echter altijd hetzelfde: hogere Brixwaardes.
Terwijl mensen die niet-boer zijn zich soms willen denken dat de beste boeren beschikking hebben over geheime of esoterische kennis, is niets minder waar. Planten hebben de noodzaak van een juiste pH-waarde van de grond, vruchtbaarheid van de bodem en vocht, en de boer die het best aan deze noodzakelijkheden tegemoet komt, zal zijn planten altijd in goede conditie zien. Het programma dat Reams meer dan 60 jaar lang landbouwkunde bijzonder goed uitvoerde, zelfs terwijl ze vaak bedreigd werden met verachting door een chemische fabriek die de gedachte van de boeren niet kon verdragen dat ze overvloedig rijke oogsten van hoge kwaliteit produceerden zonder de hulp van reddende toxische chemicaliĂŤn.
Suze: Wat kenmerkt, of waar ligt het verschil tussen planten met een lage Brixwaarde en die met een hoge Brixwaarde ?
Rex: Ik stelde o.a. vast dat de planten met een lage Brixwaarde en de producten er van te waterig zijn, slecht smaken, en ze aantrekkelijk zijn voor insecten en ziektes, en dat ze vlug schimmelen of rotten. In tegenstelling daar toe hebben producten met een hoge Brixwaarde niet alleen een betere robuustere smaak, maar die blijven ook opmerkelijk langer goed. Ik kan je in alle eerlijkheid vertellen dat de beste producten gewoonweg niet zullen rotten. Ze zullen wel uitdrogen, maar ze zullen gewoonweg weigeren te rotten.
Begrijp alsjeblieft goed dat rond 90-95% van de producten die uit de gewone commerciĂŤle kanalen komt een lage Brixwaarde heeft.
Hoe ik raapjes met een hoge Brixwaarde liet groeien.
1. Eerst heb ik de pH-waarde van de grond in evenwicht gebracht: Ik stelde vast dat mijn grond te zuur was, met een pH van 5,3. De ideale pH voor de meeste oogsten is 6,4. In dit geval werd de juiste pH bereikt door de juiste hoeveelheid hoog-calciumhoudende kalk er aan toe te voegen.
2. Voer een boden test uit in de zin van Albrechts, en voeg de hoofdzakelijke ingrediĂŤnten zoals fosfor, stikstof en kalium er aan toe – in zoverre noodzakelijk.
3. Drenk der bodem met een zeewiermengsel om in voldoende sporenelementen te voorzien.
4. Als eens de raapjes opkomen en groeien, dan Brixte ik de dunne bladeren en probeerde een passende bladvoeding er bij tot de bladeren consequent boven de 12 bleven staan. Alhoewel er enkele honderden soorten bladvoeding op de markt zijn, verkreeg ik goede resultaten met een 6/16/6 vloeibare bladvoeding van een bedrijf uit Florida (dat bedrijf hield later er mee op).
5. Ik voerde door het gehele seizoen heen een bladtest uit, om indien nodig er een beetje tonicum er aan toe te voegen.
6. Oogst de sâwerelds lekkerste raapjes !
Suze: Er blijkt een wijd verspreide mening te heersen dat biologisch voedsel voedingsrijker is dan niet-biologisch voedsel. Soms wordt dit zelfs als zodanig geadverteerd. Alhoewel, nu heb ik gezien dat dit niet het geval is. Kun je dat uitleggen ?
Rex: Ik heb voedsel van tientallen biologische boerderijen uitgetest en maar zelden vastgesteld dat de Brixwaardes hoger lagen dan de Brixwaardes van de gewone producten bij je favoriete supermarkt. Zeker is biologisch voedsel een beetje veiliger omdat het niet aan pesticiden is blootgesteld, alhoewel konden de enigste smaakverschillen die ik ooit heb vastgesteld er aan worden toegeschreven dat ze van lokale afkomt waren en daarom natuurlijk verser waren dan die via de supermarkt. Voor mij kenmerkt het gebrek aan een superieure uitstekende smaak van de producten dat ze van een lagere voedingswaarde zijn.
Er zijn echter uitzonderingen. De meest opmerkelijke daarvan was toen de latere Ward Sinclair – een vrij bekende naam in biologische kringen – producten kweekte in Pennsylvanie en een techniek praktiseerde van het afwisselend bewerken van stukken grond waarmee in feite bedoeld werd dat hij zo elk jaar op een stuk met verse grond werkte. Deze techniek maakte het voor hem mogelijk dat hij absoluut heerlijke selderij met een Brixwaarde van 9 â 9,5 kon laten groeien, terwijl al de selderij van zijn biologische tegenhangers maar 4-5 hadden.
Ik ging vele malen naar deze boerderij om een weekrantsoen van deze selderij te krijgen omdat ik zelf geen selderij in de tuin had, en die van Ward de beste was. Mijn kleinkinderen hadden deze heel erg graag en aten het zoals snoep. Nu vele jaren later mis ik Ward nog altijd erg.
Wardsâ methodes laten ons herinneren aan de oude techniek van het “omhakken en verbranden”. Inheemse volkeren stelden vast dat ze een deel van het bos of grasland konden laten afbranden en superieure insectenvrije oogsten konden laten groeien die bij het bewaren hoogstens zouden uitdrogen in plaats van te rotten. De mineralen die vrij kwamen door het verbranden schiepen een milieu dat de oogsten graag hebben. Als eens de kenmerken van hoge Brixwaardes verdwenen, en de insecten er aan kwamen, verhuisde de inheemse bevolking gewoon naar een ander gebeid of stuk grond en begonnen ze daar weer opnieuw. Wat Sinclair in feite deed was het gebruiken van micro-organismes om organisch materiaal op het verse nieuwe land te “verbranden”. Ward die gezegend was met een overvloed van land, maakte ieder jaar met een op een tractor gemonteerde roto-landbewerker een nieuw stuk grond vrij, en liet superieure oogsten groeien terwijl de oude stroken grond weer terugkeerden naar de grasbegroeiing en weer “genazen” . Hij voegde er ook gewone biologische supplementen aan toe, maar meestal aan de genezende stukken grond, en niet aan die stukken die onlangs geoogst werden. Als ik geen ander manier had om oogsten te beoordelen, dan zou ik altijd van een kweker kopen die elk jaar in nieuwe stroken grond aanbouwt.
Suze: Hoe zit het met biologisch-dynamische producten, hebben die in het algemeen een hogere Brixwaarde? Kun je daar iets over vertellen?
Rex: Ik hou van de biologisch-dynamische landbouw en de mensen die dat doen. Ik hou van alle aard- of milieuvriendelijke aanbouw. Alhoewel de biologisch-dynamische producten die ik ooit gemeten heb, ongeveer van dezelfde kwaliteit waren als de biologische. Als er een verschil in hun producten is, dan is die niet meetbaar via de Brixmethode. Wat kan men dan verder nog uitleggen? Een product heeft oftewel een hoge Brixwaarde of niet.
Suze: Geloof je dat biologische en biologisch-dynamisch boeren voedsel van hoge Brixwaardes kunnen voortbrengen ? En indien dit zo is, hoe zouden biologische en biologisch-dynamische boeren moeten voortgaan om de Brixwaardes van hun voedsel te kunnen laten verhogen ? Is er iets in deze benadering waarvan je denkt dat het de kweek van de hoogst Brixwaardes weerhoudt ?
Rex: Zoals ik al zei hou ik van alle milieuvriendelijke landbouw. Iedere biologische â of biologisch-dynamische boer is er vrij in om de Brixwaarde van hun oogst te verhogen zonder enigerlei straf van de organisatie waarbij ze aangesloten zijn en waarvan ze de licentie hebben.
Suze: Kun je jouw theorie uitleggen over voeding met een lage Brixwaarde, die het lichaam berooft van de voedingsstoffen, op eenzelfde manier als via verwerkt voedsel.
Rex: Iedere wetenschappelijke manier waar over we ooit hebben gesproken is het er over eens, dat het veel energie vereist om voedsel te verteren. Er is een enorme besteding van enzymen voor nodig, zoals ook verteringssappen die betrokken zijn in de afbraak van zelfs maar het meest eenvoudige voedsel.
Er is een spreekwoord bij de oude boeren: “Je kunt een paard vlugger uithongeren en uitputten door hem stro te voeren dan door hem helemaal niets te voeren”. Dit spreekwoord of gezegde ondersteunt de opvatting dat een paard dat voedingsarm stro probeert te verteren zichzelf te kort doet, omdat hij meer verteringsenergie verspilt die daar voor de vertering nodig is dan dat die hij er voor terugkrijgt, of dan dat hij van te voren had. Ik denk dat fruit en groenten van slechte kwaliteit een zelfde situatie in ons lichaam veroorzaken. Het lijkt er op dat als onze systemen mineralen, energie en enzymen gebruiken om voedsel af te breken dat zelfs niet voldoende waarde heeft om hetgene te vervangen wat verbruikt is, dan zullen we op een bepaald punt het gevecht voor het leven verliezen.
Suze: De naam William Albrechts resoneert met velen die betrokken zijn in de Weston A. Price Foundation, omdat Albrecht een hoofdstuk in Priceâs “Nutrition and Physical Degeneration” schreef met de titel “Food is Fabricated Soil Fertillity”. Welke invloed had Albrecht, indien dat zo was, op onze benadering van landbouwen ?
Rex: Professor Albrecht heeft verder veel invloed op mijn werk. Bijvoorbeeld zelfs terwijl ik op pensioensgerechtigde leeftijd ben en langzaamaan mijn kleine boerderij aan het opgeven ben, vereisen de methodes van Pike dat ik jaarlijks een bodemtest moet maken om er zeker van te zijn, dat de fundamentele mineralen daar in de juiste verhouding voorkomen. Als dat niet zo is, dan moeten die er aan toe worden gevoegd voordat de bodembedekker voor de winter er aangeplant wordt, zodat ze de tijd hebben om hun weg in het bodemleven te vinden. Zo zijn oogsten die op land groeien waar in meer Natrium dan Kalium zit niet alleen meer ziekelijk maar de dieren die op zulk land opgroeien of die zulk een oogst gevoerd krijgen, die zijn ook ziekelijk. Het gehele doel is om evenwicht te krijgen en het leven te bevorderen, en dat bereikt men door een gezondere grond te scheppen. En ik vermoed dat je WAPF-ers goed begrijpen dat gezondere bodem tot gezondere planten leidt, en tenslotte tot gezondere mensen.
Sommige mensen denken graag dat er een of dit-of-dat-keuze is die tussen Albrechts en Reams gemaakt moet worden. Als zoiets bestaat dan ben ik niet in staat geweest om dat te vinden. Wat ik heb vastgesteld is dat goed uitgevoerde Albrechtsmethodes een goed gezonde oogst voortbrengt zoals ook gezonde dieren. Wat ik ook vastgesteld heb is dat de Reamsmethode onafhankelijk kan worden gebruikt of boven op de Albrecht-methode, om echt superieure oogsten te kweken zoals ook superieure hoeveelheden. De Reamsmethode is er alleen voor om de Brixmethode te regelen en in feite om iets te kunnen doen en in te grijpen als er gebreken optreden voordat de oogst volgroeid is.
Suze: Wat kunnen consumenten nu dus doen om voedingsrijke voedselsoorten met een hoge Brixwaarde voor zichzelf en hun familie vast te stellen ?
Rex: De allereerste stap daar van is om een refractometer te kopen of te lenen, en zich zelf te leren wat ze nu aan het eten zijn. Er zal ooit een moment komen, dat ze hun smaak overeen kunnen laten komen met hetgeen ze aflezen op de refractometer, ze zullen begrijpen dat ze beter voedsel moeten nemen. Dit nu is het gemakkelijkste deel van de kwestie. Het moeilijkste is het om dit voedsel te vinden. Door verloop van tijd heen zullen ze langzaam aan overstappen naar een betere leverancier, en ze zullen leren om het voedsel in voorraad goed op te slaan als ze het vinden. Als ik “voorraad” zeg, dan probeer ik te zeggen dat ze veel meer van een bepaald voedsel van hoge-Brixwaarde te kopen dat ze vinden, omdat mensen graag enkele dagen lang achter elkaar hetzelfde eten als ze weten dat het echt goed is. Enkele zoekers van hoge kwaliteit zullen met anderen delen wat ze geleerd hebben of met een plaatselijke bevriende kweker of landbouwer voorstellen dat ze meer willen betalen voor een hogere Brixwaarde. De familie die geĂŻnteresseerd is in beter voedsel zal leren hoe en waar te bestellen – en hoogst belangrijk -om enkele daar van zelf te kunnen laten groeien. Het lokaliseren van beter voedsel is niet iets dat je maar eens doet en het dan verder maar vergeet. Het wordt belangrijk om voortdurend te leren welk fruit het beste is, en op welke boerderij of winkel dat dit te vinden is en het waard is een kleine afstand daar voor af te leggen.
Suze: Hoe kunnen we Brixmeter gebruiken om te helpen de kwaliteit van dierlijke producten zoals vlees en melk vast te stellen ?
Rex: Ik ben soms een beetje terughoudend en meen dat Brix niet op alles van toepassing is als het komt tot het evalueren van vlees en melk. Zekerlijk ben ik wel de eerste die zegt dat melk met een Brixwaarde van 15, 16, 17, of 18 gewoon beter smaakt dan 10-11 Brixmelk die in winkels of zelf op de boerderij wordt verkocht. Ik ben ook iemand van de eersten die zegt dat ik gewoonweg gek ben op melk van hoge Brixwaarde. Melk met een Brixwaarde van 16 of meer is gewoonweg overheerlijk.
Het is in feite zo dat de melkevaluatie een wetenschap op zichzelf is, en een gewoonlijk overziene factor bij vele consumenten is het ureumgehalte van de melk.
Het testen van het MUN-gehalte van de melk (Milk Urea Nitrogen) (Vert. Melk Ureum Stikstof), wordt gebruikt om het overvoeren oftewel het te veel voeren van proteĂŻne aan koeien vast te stellen en te regelen. Dit te veel voeren kan een overlopen van ureum in de melk veroorzaken. Je kunt een verkeerde uitkomst van Brixwaardes krijgen met te veel ureum, net zoals je een verkeerde Brixwaarde als uitkomst krijgt door suiker aan sinasappelsap toe te voegen.
Als je de boer kent, en weet dat hij zijn koeien niet te veel proteĂŻne dwingt te eten, dan is de Brixwaarde een waardevolle meting. De gewoonlijk in de winkel gekochte melk heeft een Brixwaarde van 10-11. Goed is 15 â 20. In feite is 20 de hoogst vastgestelde waarde voor melk.
Op een ongeveer dezelfde manier heb ik vele mensen aangeraden dat men de “Brixwaarde” van het bloed kan meten, en zo vast te stellen wat de kwaliteit van het vlees is waar dit uit kwam. Het grote probleem is daar bij dat bloed dik of dun kan zijn (geconcentreerd of niet, gedroogd of niet), en de refractometer zou zich daar aan niet kunnen aanpassen. Dus nee, ik denk niet dat de Brixwaarde aanwendbaar is voor de evaluatie van vlees. Maar wacht ! Er is toch een antwoord op dit probleem: meet gewoon de Brixwaarde van het weidegras waarmee het dier zich voedt ! Het weiland met de hoogste Brixwaarde in het gras, zal zowel de betere melk als het betere vlees voortbrengen.
Suze: Ik hoorde dat men veel zegt dat Brix te simplistisch is om zoiets als de complexe voedingsrijkheid van voedsel te testen. Wat is jouw mening daar over ?
Rex: Het Brixconcept is zekerlijk te simplistisch voor de industriĂŤle landbouw. Ze willen je laten geloven dat alle fruit en groenten hetzelfde zijn. Parallel aan de industrie lopen de maatstaven van het Ministerie van Landbouw, dat een maat- en kleurevaluatie vraagt, en niets anders.
Dus kan ik begrijpen waarom zij niet graag zien dat hun consumenten met een instrumenten in handen rondlopen dat hun alle informatie geeft die ze nodig hebben en de moed en inzet hebben om slechte kwaliteit voedsel te weigeren.
Dit zijn dezelfde mensen die denken dat jouw smaak te simplistisch is om de voedingsrijkheid van voedsel te kunnen meten.
Kort gezegd vertrouw ik geen enkele van deze “experten”, egaal wie of wat ze zijn. Ik vertrouw mijn smaak. En ik vertrouw kinderen. Ik zal eens een verhaal daar over vertellen.
Enkele jaren geleden maakte ik de ronde langs de plaatselijke boerenmarkt en kocht daar een cantaloupe van iedere verkoper. Toen ik thuis kwam was mijn dochter daar met haar twee dochters van 10 en 3 jaar. Ik nam de cantaloupes mee naar de veranda en sneed ze allemaal door de helft. Er waren twee helften met een waarde van 9 Brix die dan direct in de compostcontainer belandden (een Brixwaarde van 7-9 is de smakelooste meloen die je maar kunt vinden, zo als bijvoorbeeld wel in saladebars). Verder zaten er enkele 11-vers bij, enkele 13ers en een enkele 15er. Ik riep de meisjes naar buiten op de veranda en gaf hun voor de eerste keer de mogelijkheid om de refractometer te gebruiken om elke van de fruitstukken te meten. Ja, kleine kinderen kunnen ook een refractometer bedienen, en ze hebben er geen problemen mee om de Brixwaarde af te lezen â als ze weten hoe ze de getallen moeten aflezen. In ieder geval vroeg ik om de stukken te proeven, en ik stelde toen vast dat ze thuis geen cantaloupes hadden.
“Okay zei ik, “dan geef ik jullie een van deze 11ers mee naar huis”.
“Dat is niet eerlijk”, riepen ze beide uit.
“Okay â dan kun je al de 11ers hebben en een van de 13ers”.
“Opa, je bent gemeen,” riepen ze samen.
“Goed, zei hij, “dan kunnen jullie alle 11ers hebben en de 13ers, en ik hou me alleen maar deze ene”.
Ook dat kon ik ze niet verkopen. Ik gaf hun de lepels, en ze aten de 15er gulzig op. Dan hielpen ze me de 11ers naar buiten naar de composthoop te dragen. Ik bleef achter met een van de 13ers, maar ik moet er bij zeggen dat ik ze heimelijk deze heerlijke 15er misgunde.
Dus jij hebt gehoord dat “experten” zeggen dat Brix te simplistisch is? Ik zeg dat ze kunnen zeggen wat ze willen. Als ze dan nog wat zeggen dan leer hun best wat over voeding.
Suze: Het werd ook reeds door enkele boeren beweerd die betrokken waren in ekologische landbouwbewerking dat Brix te simplistisch is om voedselkwaliteit te meten. Dit zijn ervaren boeren en consultanten. Hoe zou je hun antwoorden waarin het verschil ligt met de agro-chemische landbouwmethode ?
Rex: Ik heb zulke vragen vele malen beantwoord met de vraag:”Hoe moeilijk wil je de dingen maken?” Je moet begrijpen dat deze vragen komen van diegenen die er nog niet achter gekomen zijn hoe ze de Brixwaarde van de oogsten kunnen verhogen. Kun je je voorstellen dat zulke vragenstellers gewoonweg een exemplaar van hogere Brixwaarde van hun gepatenteerde oogst aan de kant schuiven en een exemplaar van lagere Brixwaarde eten, die op dezelfde manier en op dezelfde boerderij gekweekt is ? Deze vragenstellers hebben dezelfde smaakpapillen als jij en ik. Ze kunnen het verschil tussen sla van een Brixwaarde van 4 en andere sla van een Brixwaarde van 10 ook vaststellen, egaal op welke manier dat deze gekweekt werd. Ze kunnen ook zien dat de koeien van de ene bittere weideland van lagere Brixwaarde, naar een andere zoetere grond van hogere Brixwaarde lopen om daar te gaan grazen.
Als ik met zulke vragenstellers spreek, dan geef ik hun nooit de raad dat ze hun gepatenteerde groeimethodes geheel aan de kant moeten zetten. Ik leg hoofdzakelijk uit dat ze vrij zijn om hun methodes te verbeteren zodat ze een hogere kwaliteit kunnen voortbrengen. Als ze niet geĂŻnteresseerd zijn in hogere kwaliteit dan is dat hun probleem, en ik deel ze dan meteen in bij de chemische boeren die hun eigen oogst verkopen om ergens anders van een betere boer een oogst te kopen om daarmee hun eigen vee mee te voeren. Zoals het oude gezegde gaat, ieder het zijne. Dit is het mooie van het gebruik van een refractometer. Men kan er op aflezen, en dan beslissen of dat wat er te zien is ook gekocht wordt. Het is hun geld, en als ze dat willen kunnen ze voedsel van een lagere Brixwaarde eten. God zegent hun.
Suze: Op onze Brix-discussielijst schreef je onlangs dat “Een toekomstige onderzoeker er beroemd mee zou kunnen worden door te observeren dat druivenranken druiven van een Brixwaarde van 31 voortbrengen die veel verschillend zijn met de druiven die nog onrijp zijn.” En ook: “Terwijl de Brix-methode een geweldig instrument is, is het niet het ultieme-eindpunt van de landbouw”. Dit is echter een interessante uitspraak die komt van iemand die zo bijzonder gepassioneerd is over het gebruik van deze Brixmethode om de voedingskwaliteit van het voedsel te meten. Kun je uitleggen wat je daarmee bedoelt?
Rex: Allereerst moet je je herinneren dat de suiker wel een deel van Brix is, maar dat Brix niet alleen suiker is. Als je terugdenkt en enkele latere Brixdiscussiepunten bestudeert, kun je de plaats waar ik commentaar gaf om overrijpe sinaasappels in Florida op het etiket als “smakeloos” te markeren die te lang aan de boom hadden gehangen. Smaak is meer dan gewoon maar wat suiker. Er zijn zuren, flavonoiden, aminozuren, oliĂŤn, antioxidanten, en wie weet wat nog allemaal meer er in betrokken. Als de boom in een arme grond staat en geen adequate grondstoffen heeft om dat te vormen wat ik “snoepgoed” noem, dan betekent dat niet dat de bladeren er meer op zullen houden om suiker aan te maken en alles van fruit dat aan de boom blijft, tot voorbij de juiste oogsttijd dat het suikergehalte zal oplopen. Ik denk dat de wijnmakers naar hun eigen versie van het zelfde fenomeen kunnen wijzen, zoals dit bevestigd wordt door de recente observatie dat druiven die te lang aan de rank blijven een hogere Brixwaarde kunnen aangeven, maar dat deze waarde in feite alleen maar een te veel aan suiker is wat zich zo gevormd heeft.
Mijn theorie is dat men de Brixwaarde van het in het groene stadium verkerende fruit zou moeten meten om de maximale potentiĂŤle kwaliteit vast te kunnen stellen. Ik heb er maar weinig bewijs er voor, maar ik blijf er van overtuigd dat laten we zeggen de groene druif A van 12 Brix zal uitgroeien tot een volwassen druif met de waarde van 24 Brix en tot een superieurder fruit, dan de groene druif B van 9 Brix die aan de druivenrank hangt tot deze een zelfde Brixwaarde van 24 zal bereiken. Om hier in nog duidelijker te zijn zal deze laatst genoemde druif moeten worden geplukt als deze net rijp is, bij laten we zeggen ongeveer 20 Brix. Er is hier geen logica in om te zeggen dat de 9-onrijpe / 20-rijpe druif B van lagere kwaliteit is.
Dit interview begon er mee dat ik uitlegde dat het toevoegen aan suiker aan vers sinasappelsap niets voor de smaak of de kwaliteit verbetert. Er is geen reden om te denken dat een druivenrank meer suiker aan een druif zal toevoegen om de kwaliteit er van te verbeteren om in zoverre een betere wijn er van te maken.
Misschien hebben we nu toch al een manier gevonden waar met een gewone refractometer zowel de boer als de consument kan geholpen zijn in een aanknopingspunt om naar kwaliteit te streven.
Nu dat ik het zeg, misschien zal de Brixmethode het ultieme eindpunt zijn van de landbouw. Dit lijkt zekerlijk het geval als ik fruit aan de kinderen geef. Die zijn een stuk moeilijker voor de gek te houden dan volwassen mensen die de neiging hebben via hun boeken te denken, in plaats van te luisteren naar hun eigen smaakpapillen. Een Brixmeter kan helpen om deze volwassenen hun prioriteiten weer op orde te zetten.
Brixadressen voor de consument en boer.
(let op, dit is geen alles omvattende lijst maar overwegend meerdere mogelijkheden daaruit)
Online artikels en boeken.
http://www.crossroads.ws/Brixbook//Bbook.htm –Rex Harrillâs Online Brixbook.
http://www.crossroads.ws/Q&A/BrixQ&A1.htm –Antwoorden op Brixvragen.
http://www.crossroads.ws/CRActive/PikeAg.htm –Hoe oogsten met een hoge Brixwaarde te verkrijgen.
Adressen waar men refractometers kan verkrijgen.
Pike Agri-Lab Supplies Inc. RR2,Box 710, Strong, ME 04983 (207-684-5131).
National Industrial Supply, 392 S. Miraleste Drive #492, San Pedro, CA 90732 (310.748.6858).
Verder bij ecologisch- vriendelijke boer en tuinproductleveranciers in vele plaatsen.
http://www.ebay.com
Emailgespreksgroep:
http://groups.yahoo.com/group/Brix_Talk – – een discussie via email die gericht is op het kweken van producten met een hoge Brixwaarde voor boer en tuinier.
Agriculturele grondonderzoekslaboratoriums en raadgevers.
Pike Agrilab http://www.pikeagri.com/
International Ag Laboratory http://www.aglabs.com/
Nutri-Tech-Solutions http://www.nutri-tech.com.au/
Soil Foodweb, Inc. www.soilfoodweb.com – dit gaat niet speciaal over Brix, maar over een bodem die de hoge-Brixqualtiteit ondersteunt.
Boeken.
(veel van deze boeken zijn verkrijgbaar bij Pike Agrilab http://pikeagri.com/ of bij Acres USA http://www.acresusa.com)
The Anatomy of Life & Energy in Agriculture, Arden Andersen. PhD, D.O.
Mainline Farming for Century 21, Dan Skow, DVM
Science in Agriculture, Arden Andersen, PhD, D.O.
The Albrechts Papers, Volumes I-IV, William A. Albrechts, PhD.
Nourishment Homegrown, Alexander Beddoe, DDS.
The Non-Toxic Farming Handbook, Phillip Wheeler& Ron Ward.
Waarom koeien maar de helft eten als ze gras van hoge Brixwaarde hebben.
Merlin Nussbaum van Lancastere Ag Products was 20 jaar lang landbouwer, en geeft nu agricultureel advies bij Bird-in-Hand in de provincie Lancaster in Pennsylvania. Net als Rex Harrill gebruikt hij ook een Albrechts-Reams combinatie. Nussbaum werkt zowel met vele kastuinderijen in zijn gebied als ook met gewone boerderijen. Zijn ervaringen met oogsten van een hoge Brixwaarde komt overeen met die van Rodney Heinen wat betreft de weerstand tegen ziektes. Daarbij noemt Nussbaum een veld met alfalfa dat een Brixwaarde had van 14-16 (het werd vastgesteld dat die planten weerstand tegen ziektes hadden die een Brixwaarde van 12 en hoger. Volgens Nussbaum bleven allerlei schadelijke insecten die zich om het veld heen bevonden er gewoon van af, ze gingen gewoon niet op het veld, en zijn er naast het feit dat deze gewassen een hoge voedingswaarde hebben, ook ander voordelen aan deze gewassen:
- Zijn klanten die een kas hebben, kunnen oogsten van een hoge Brixwaarde kweken, in dezelfde grond, zonder vruchtwisseling, ieder jaar opnieuw.
- Zijn asperges van een waarde van 16 is zo zoet dat die zo rechtstreeks uit het veld kan worden gegeten.
- Hij observeerde dat koeien maar de helft van het gras van hoge Brixwaarde aten, dan als ze gras van lage Brixwaarde aten.
- De Brixwaarde van het weideland van Nussbaum ligt rond de 19 en waarop timothee gras, Bermuda, roggegras en zwenkgrassen groeien. 22 wordt in de lijsten beschouwd wordt als uitstekende alfalfa, terwijl de waarde van zijn alfalfa tussen de 24 en 28 lag.
- Nussbaum stelde vast dat weideland met een hoge Brixwaarde de melkproductie verhoogde.
- De melk is dan geler van kleur, waarschijnlijk door het hoge carotheengehalte in het gras van hoge Brixwaarde, en de dierenartsenrekeningen van zijn klanten zijn behoorlijk gedaald.)
- Zijn klanten met een kas van 30 bij 10 meter verdienen een behoorlijk inkomen per jaar.
Het verminderen van verdelgingsmiddelen.
Chris Canby, de eigenaar van een golfbaan in St. Louis, Missouri, heeft sinds 1996 de Reams methode gebruikt op zijn grasmat voor te golfen. Canby zegt daar over dat als hij dit Reamsprogramma volgde, hij het jaarlijkse verdelgingsgebruik op zijn golfbaan van 25 naar 3 kon verminderen. Net als ook alle ander hoog-Brix boeren gebruikt Canby een Reams-Albrecht methode op zijn eigen biologische tuin.
Gewassen met een hoge Brixwaarde hebben een grote weerstand tegen ziektes.
Rodney Heinen boer en agricultureel raadgever in Wetmoe in Kansas, in het hartje van dit alfalfa-kwekend land.
Als boer was hij enkele jaren lang diep geĂŻnteresseerd in voedingsrijke landbouw toen hij in contact kwam met International Agrilabs, een bedrijf dat de Reamsâ biologische landbouwmethode bevordert. “Toen ik met hun sprak kwam alles wat ik dacht m.b.t. de groei van voedingsrijke oogsten tot leven,” zei hij. Dus begonnen de dingen op zijn plaats te komen voor Rodneysâ kweekprogramma nadat hij begon om het Reamsprogramma onder gezagsvoering van International Agrilabs aan te wenden.
Sindsdien ging Rodney gewassen met een hoge Brixwaarde kweken, alfalfa, tarwe, timothee en Bermudagrassen voor melkvee en paarden.
Zes jaar geleden toen Rodney naar zijn tegenwoordige boerderij verhuisde vertelde zijn buren hem dat het hem zou spijten. De boerderij en de grond waren in een slechte toestand, maar het kwam toch anders uit als dat de buren dat voorspelden.
Rodney herinnert zich een gebeurtenis uit de zomer 2003 toen de conventionele gekweekte alfalfa oogst van zijn buren ten onder ging aan sprinkhanen. Zijn buren gebruikten conventionele meststoffen en spoten zowel pesticiden als herbiciden op dit gewas – – Rodney spoot niets op zijn gewas, hij gebruikte gewoon zijn Reamsmethodes en meststoffen om oogsten van een hoge Brixwaarde te kweken.
Op een dag stond zijn buurman op de grens van het veld waar Rodneys alfalfa groeide en zijn eigen veld. Dan deed hij drie stappen in zijn eigen veld, en werd direct omgeven door sprinkhanen, hij stapte terug in Rodneys veld en de sprinkhanen sprongen weer van hem af. Hij stapte weer terug in zijn eigen veld en werd direct weer bedekt met de insecten. Hij herhaalde dit 5 keer met Rodney en enkele ander getuigen. Iedere keer gebeurde hetzelfde, hij zat vol met sprinkhanen als hij in zijn eigen veld liep, maar ze sprongen van hem af als hij terug in Rodneys veld liep.
Op beide van deze akkers stond dezelfde soort alfalfa. Het grote verschil daar tussen was de hogere vruchtbaarheid van Rodneys bodem. Zijn alfalfagewassen hadden een gemiddelde waarde van 12-14 Brix (de hoogste werd vastgesteld op 19), terwijl de oogstgewassen van zijn buren werden vastgesteld op 3-4 Brix. Dit was Rodneys beste jaar om alfalfa te kweken, en het slechtste jaar voor zijn buren.
đ¨ď¸ Print post
Leave a Reply